Hieronder staan de regels voor het NKE 2014. 

Schrijf je in voor 
de NKE Nieuwsalert!

Let op: Belangrijkste verandering ten opzichte van vorig jaar: 

We volgen de wielmaat- en crankmaat-regels van de International Unicycling Federation (IUF). 

Voordeel: in de jongste leeftijdsgroep hebben veel deelnemers geen 24 inch eenwieler. De wedstrijd wordt eerlijker omdat 20 inch de maximum wielmaat is. 

Nadeel voor sommigen: een te dikke 24 inch band (bijvoorbeeld 24 x 3 inch) mag niet meer gebruikt worden bij de 100 m, 800 m en 5 km. 

Meer uitleg over 20 inch of 24 inch. Check dit vooral als je jonger bent dan 11 jaar.

.

WIE KUNNEN DEELNEMEN: 

.

Deelname aan het Nederlands Kampioenschap Eenwieleren staat open voor iedereen die kan eenwieleren. 

Omdat het een "open" kampioenschap is, zijn ook deelnemers uit het buitenland welkom. Zij strijden gewoon samen met de Nederlanders om de hoogste plaatsen en de bijbehorende medailles. Alleen voor Nederlanders is er nog een extra eer te behalen: de beste Nederlander in elke wedstrijd/leeftijdsgroep krijgt de titel Nederlands Kampioen op het betreffende onderdeel, en een bijbehorende trofee. 

Onze definitie: Nederlander ben je als je de Nederlandse nationaliteit hebt volgens paspoort of ID-bewijs, en/of in Nederland woont. Als je je als Nederlander aanmeldt en de organisatie twijfelt of je echt Nederlander bent, kan er een bewijs aan je gevraagd worden. 

.

EENWIELER:

.

De 100 m, 800 m en 5 km worden gereden op "standaard eenwielers". Met ingang van het NKE 2014 hanteren we dezelfde normen als de International Unicycling Federation. Er zijn twee klassen, met de namen "20 inch" en "24 inch". Als je 10 jaar of jonger bent, mag je bij aanmelding kiezen in welke klasse je de 100 m, 800 m en 5 km wilt rijden. Vanaf de leeftijd van 11 jaar heb je geen keus: je komt sowieso uit in de 24 inch-klasse. 

• De maximale wieldiameter (wiel plus band) is 
  (*) voor de 20 inch-klasse 518 mm
  (*) voor de 24 inch-klasse 618 mm
  Voor alle duidelijkheid: de nominale diameter van de band (dus wat er op de zijkant staat) doet er niet toe. Alleen de gemeten diameter is van belang. 

• De mimimale cranklengte (gemeten van het midden van de wiel-as tot het midden van de trapper-as) is 
  (*) 89 mm voor eenwielers met een wieldiameter tot 418 mm (dit zal op het NKE niet veel voorkomen)
  (*) 100 mm voor eenwielers met een wieldiameter tussen 418 en 518 mm
  (*) 125 mm voor eenwielers met een wieldiameter tussen 518 en 618 mm. 

• Versnelling niet toegestaan. 

• Andere aandrijving dan spierkracht niet toegestaan. 

• Wielmaat en cranklengte worden gecontroleerd! 

Voor de andere wedstrijden (slalom-parcours, langzaam-race en 10 km unlimited) zijn de eisen aan de eenwieler:

• Wielmaat: geen beperking.

• Cranklengte: geen beperking. 

• Versnelling: geen beperking. 

• Andere aandrijving dan spierkracht niet toegestaan. 

LEEFTIJDSGROEPEN: 

.

Er zijn vijf leeftijdsgroepen, namelijk: 0-10, 11-12, 13-14, 15-26, 27+. 

Bij de 10 km en bij de langzaam-race worden sommige leeftijdsgroepen samengevoegd omdat die anders te weinig deelnemers bevatten. Dit is het volledige overzicht:

Bij de drie wedstrijden op "standaard" eenwielers gelden wielmaat en cranklengte voor de 24 inch-klasse, alleen in de leeftijdsgroep 0-10 geldt de 20 inch-klasse. Deelnemers van 10 jaar of jonger met een groter wiel rijden mee in de leeftijdsgroep 0-12. 

.

BESCHERMING: 

• Bij alle wedstrijdonderdelen behalve de langzaam-race zijn schoenen met dichte bovenkant, kniebeschermers en handschoenen die de handpalm met dik materiaal (zoals leer) bedekken, of polsbeschermers verplicht. Bij langzaam-race is geen bescherming verplicht. 

• Een fiets- of skatehelm (of sterker) is verplicht bij 10 km unlimited, en wordt aanbevolen bij de overige onderdelen. 

RACES (100 m, 800 m, 5 km, 10 km): 

.

ROUTE: 

• Alle startlocaties staan aangegeven op deze plattegrond (pdf). 

• De 100 m wordt verreden als een rechte lijn van start tot finish. 

• De 800 m bestaat uit ruim twee rondjes over de zogenaamde 400 meter-baan. (Ter verduidelijking: deze asfaltbaan is minder dan 400 m lang. Als hier in de winter aan de 'buitenkant' een ijsbaan ligt is de lengte van die ijsbaan 400 meter, vandaar de naam.) 

• De 5 km gaat over de lange baan én de 400 meter-baan. Vanaf de start bijna twee rondjes, dus de tweede passage langs de tijdwaarneming is de finish. 

• De 10 km gaat ook over de lange baan én de 400 m-baan. Vanaf de start ongeveer 3,5 rondje, dus de vierde passage langs de tijdwaarneming is de finish. 

STARTEN: 

• Je mag tevoren al opgestapt zijn en steunen op een dranghek, paal, ander persoon etc. 

• Voorkant van de band moet achter de startlijn zijn. 

• Bij de 100 m en 800 m wordt gestart in groepen van 2 tot ongeveer 6 rijders, in principe van dezelfde leeftijdsgroep, en zo goed mogelijk per verwachte snelheid gegroepeerd. 

• Bij de 5 km en 10 km wordt een "getrapte massastart" gebruikt. Elke leeftijdsgroep heeft daarbij zijn eigen massastart, met een korte tijd daartussen (in de orde van een of enkele minuten). De snelste rijders mogen bij deze massastarts vooraan starten, zo nodig ter beoordeling van de wedstrijdleiding. 

• Er wordt gestart op startpiepjes, zes stuks met een tussenruimte van één seconde. Het juiste moment om te starten is (het begin van) het zesde piepje. Om dit beter herkenbaar te maken klinkt het hoger dan de eerste vijf piepjes. Geluidsvoorbeeld normale start (mp3).

• Je start stilstaand, geen rollende start. Dus je wiel mag pas vooruit rollen na het laatste startpiepje, anders geldt het als valse start. (Je lichaam en eenwielerframe mogen wel al voorover gaan hellen vóór de start.)

• Mocht de start worden afgebroken dan klinkt een lage toon. Geluidsvoorbeeld afgebroken start (mp3).

• Een eventuele valse start wordt electronisch geconstateerd (met een lichtstraal). Bij een valse start op de 100 m of 800 m worden de rijders teruggeroepen door een lage toon. Geluidsvoorbeeld valse start (mp3). Daarna wordt overnieuw gestart. 

• Wie bij de 100 m of 800 m twee keer een valse start veroorzaakt (ter beoordeling van de officials ter plaatse) wordt voor dat onderdeel gediskwalificeerd en mag daarvoor niet meer starten.

• Ook bij de 5 km en 10 km wordt een eventuele valse start electronisch geconstateerd, maar bij deze wedstrijden wordt niet overnieuw gestart, en er klinkt daarom ook geen lage toon. Wie vals start (ter beoordeling van de officials ter plaatse) krijgt een straftijd van 10 seconden bij zijn eindtijd opgeteld. 

• Als iemand zo raar is om vóór het begin van de startpiepjes weg te rijden, noemen we dat geen valse start. Diegene is dan helemaal niet gestart. 

TIJDENS DE RACE: 

• Bij de 100 m: elke deelnemer blijft in zijn eigen (rechte) baan. 

• Bij de overige afstanden: elke deelnemer mag zijn 'ideale lijn' aanhouden. Je hoeft niet opzij te gaan voor snellere rijders, maar verder mag je natuurlijk niet iemand met opzet hinderen. 

• Degene die inhaalt moet minstens één wieldiameter afstand houden. Als je ingehaald wordt, mag je niet plotseling van je lijn afwijken. 

• Bij de 5 km en 10 km mag een begeleider mee tijdens de wedstrijd, lopend of op de fiets (géén eenwieler), om te helpen met opstappen etc. De begeleider mag niet in de weg rijden/lopen voor andere deelnemers, en ook niet vóór de begeleide deelnemer. Dus erachter of ernaast.

VALLEN EN GEHINDERD WORDEN: 

.

Bij de 100 m race:

• Vallen betekent automatisch diskwalificatie. Je moet bovendien zorgen dat je andere deelnemers niet in de weg zit. 

• Als een deelnemer ernstig gehinderd wordt door een andere deelnemer (ter beoordeling aan de wedstrijdleiding), mag de gehinderde deelnemer de race overdoen. De gehinderde deelnemer (of zijn ouder/coach) moet hier zelf om verzoeken, en wel meteen. Als een deelnemer deze keuze maakt en het verzoek wordt ingewilligd, dan vervalt het eerste resultaat, ook als de tweede race een slechter resultaat zou opleveren. 

Bij de 800 m, 5 km en 10 km races: 

• Als je valt, mag je opnieuw opstappen op de plek waar je eenwieler tot stilstand komt, en de race vervolgen. 

• Dit geldt ook als je valt door toedoen van een andere rijder. Zolang er geen opzet in het spel is, wordt dit beschouwd als "horend bij de race". 

FINISH: 

• Finishtijd is als de voorkant van je band de finishlijn passeert. 

• Je moet rijdend over de finish komen. Dat betekent dat je lichaam of kleding de grond pas mag raken na de finishlijn, en dat je eenwieler niet tot stilstand mag komen voor die geheel over de finishlijn is.

• Als je hier niet aan voldoet en vlak voor de finish of op de finishlijn valt, moet je een stukje terug, voor de finish opnieuw opstappen en de finish alsnog correct rijdend passeren. Anders ben je niet gefinisht. Dit geldt niet voor de 100 m race, daar betekent een val immers sowieso diskwalificatie. 

• Tijdlimiet 5 km: 40 minuten. 

• Tijdlimiet 10 km: 65 minuten. 

LANGZAAM-"RACE" (10 m): 

.

De bedoeling van de "langzaam-race" is om zo langzaam mogelijk tien meter te rijden in een steeds doorgaande voorwaartse beweging. Net als het slalom-parcours is dit een individuele wedstrijd 'tegen de stopwatch'. Elke rijder krijgt twee pogingen, beste poging telt. De tweede poging mag naar keuze meteen na de eerste, of later. 

.

STARTEN:

• Je start stilstaand. Je bent tevoren al opgestapt en mag steunen op een dranghek, paal, ander persoon etc. 

• Onderkant van de band moet op (of achter) de startlijn zijn.

• Er wordt afgeteld "drie twee een go!". Op go! start de tijd, en moet je meteen vooruit beginnen te rijden. Ook moet je meteen je starthulp loslaten. 

• Bij een valse start (hetgeen in dit geval betekent: niet meteen gestart of niet meteen losgelaten) wordt overnieuw gestart. Indien dan meteen weer een valse start wordt gemaakt, geldt die poging als mislukt. 

TIJDENS DE RACE:

• Je rijdt op een rechte baan van 30 cm breed waar je binnen moet blijven.

• Je moet voortdurend vooruit blijven rijden. 

• Je mag niet stil komen te staan (ook niet heel even!), en ook niet achteruitrijden.

• Je mag niet hoppen of springen.

• Je mag je wiel niet meer dan 45 graden linksom of rechtsom draaien ten opzichte van de lengterichting van de baan.

• Afstappen of vallen betekent dat de poging mislukt is.

FINISH: 

• Finishtijd is als de onderkant van je band de finishlijn passeert. 

• Je moet rijdend over de finish komen. Dat betekent dat je voeten de grond pas mogen raken na de finishlijn, en dat je eenwieler niet tot stilstand mag komen voor die geheel over de finishlijn is.

 IUF SLALOM-PARCOURS:

• Bij het officiële slalom-parcours volgens de IUF rijd je zo snel mogelijk de juiste route langs tien pylonnen, die zijn neergezet als in het plaatje. De route is met pijlen op de grond aangegeven, zie foto.

• De tijd wordt met een stopwatch opgenomen. 

• Je start stilstaand bij het startpunt. Je mag tevoren al opgestapt zijn en steunen op een dranghek, paal, ander persoon etc. 

• Startpositie is met de voorkant van je band achter de startlijn. 

• Je start op "drie twee een go!". Dus vóór "go" mag je wiel niet vooruit rollen, je lichaam en eenwielerframe mogen dan al wel voorover hellen.

• Je mag de pylonnen raken en die mogen daarbij ook verschuiven, maar als er een valt telt de poging als mislukt. 

• Als je de verkeerde 'afslag' neemt mag je terugrijden om alsnog goed te rijden, maar daarbij loopt de tijd door. 

• Als je valt of afstapt telt de poging als mislukt. 

• Je mag bij het omcirkelen van de laatste pylon de finishlijn raken en zelfs overschrijden. Maar uiteraard stopt de tijd pas als je de pylon volledig omcirkeld hebt en daarna de finishlijn passeert.

• Finishtijd is als de voorkant van je band de finishlijn passeert. 

• Je moet rijdend over de finish komen. Dat betekent dat je lichaam of kleding de grond pas mag raken na de finishlijn, en dat je eenwieler niet tot stilstand mag komen voor die geheel over de finishlijn is.

• Elke rijder krijgt twee pogingen, beste poging telt. De tweede poging mag naar keuze meteen na de eerste, of later. 

• Als je pylonnen hebt verplaatst tijdens je race, zet je die dan daarna even terug?

Het officiële IUF slalom-parcours	Deelnemer aan slalom-parcours, NKE 2011

 

Samenvatting / overzicht van een aantal van bovengenoemde regels:

.

UITSLAGEN, PROTESTEN EN WAARDERING: 

• Bij de 100 m, 800 m, 5 km, 10 km en slalom-parcours gaat het om de snelste tijd. 

• Bij de langzaam-race over 10 meter gaat het juist om de langzaamste tijd. 

• Voor alle wedstrijden geldt: indien deelnemers in dezelfde leeftijdsgroep toevallig precies dezelfde tijd hebben, dan komt de jongste hoger in de ranglijst. 

• We gaan dit jaar proberen om in de loop van de dag voorlopige uitslagen te publiceren (op papier). Zie je iets dat niet klopt, meld dat dan zo snel mogelijk bij het Informatiepunt zodat het gecontroleerd kan worden.

• Per wedstrijd/leeftijdsgroep zijn er medailles voor de plaatsen 1, 2 en 3. 

• Per wedstrijd/leeftijdsgroep is er voor de beste Nederlander een speciale trofee, en de titel "Nederlands Kampioen". Deze titels worden ook op de certificaten vermeld. 

• Elke deelnemer krijgt achteraf, per email, een certificaat met zijn behaalde resultaten.

LOCATIE-REGELS:

Het is niet toegestaan om met een auto het Flevonice-terrein op te gaan, behalve voor ons als NKE-organisatie (o.a. voor tijdwaarneming) en voor Circus-Expert (eenwielerstand). Eventuele uitzonderingen hierop moeten ruim tevoren met de NKE-organisatie worden overlegd, zodat dit vooraf met Flevonice kan worden afgestemd.
.	.	.
Commerciële aktiviteiten, zoals het verkopen van spullen, zijn op het Flevonice-terrein niet toegestaan, behalve na voorafgaand overleg met (en toestemming van) de NKE-organisatie.
In het restaurant is het een en ander te koop aan eten en drinken: koffie, thee, broodjes, fris, snacks etc.  Natuurlijk mag je daarom in het gebouw geen eigen eten en drinken gebruiken.

 .

Tenslotte:

• Bij twijfel beslist de wedstrijdleiding.

• Waar in deze regels "rijder", "hij", etc. staat, is dit als m/v bedoeld.

• Als je denkt dat dit veel regels zijn, kijk dan eens bij de Internationale Eenwieler Federatie.

• Technische details over afstanden, tijdwaarneming en dergelijke: klik hier.

• De NKE-organisatie aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade of letsel.